Nationaal Hervormingsprogramma - Belgïe 2018

Dit Nationaal Hervormingsprogramma bevat de structurele maatregelen die de federale regering en de regeringen van de gewesten en gemeenschappen hebben genomen gedurende de laatste twaalf maanden, waarvan het doel tweeledig is:

  • een antwoord te bieden op de landspecifieke aanbevelingen van de Europese Raad aan België in juli 2017, met uitzondering van de aanbeveling m.b.t. de begroting en de overheidsschuld, die in het Stabiliteitsprogramma 2018 wordt behandeld. Concreet gaat het om (1) de begrotingsconsolidatie voort te zetten en de schuldquote terug te dringen, de bijbehorende doelstellingen over de overheidsniveaus te verdelen, verstorende belastinguitgaven af te schaffen, en ruimte te creëren voor investeringen in infrastructuur, (2) ervoor te zorgen dat de meest achtergestelde groepen dezelfde kansen als anderen hebben op toegang tot het onderwijs en de arbeidsmarkt, en (3) investeringen in op kennis gebaseerd kapitaal te bevorderen door de toepassing van digitale technologieën en een verhoogde verspreiding van innovatie, en de concurrentie in de zakelijke dienstverlening, de detailhandel en de netwerkindustrieën te vergroten.
  • het bereiken van de doelstellingen geformuleerd in de Europa 2020-strategie op het gebied van werk, O&O en innovatie, onderwijs en vorming, energie en klimaat, en sociale inclusie.

 

De laatste beschikbare cijfers (2016) over de voortgangsindicatoren m.b.t. de Europa 2020- doelstellingen, schetsen een eerder bemoedigend beeld. De werkzaamheidsgraad van 20- tot 64-jarigen ligt sinds de economische crisis weliswaar onder zijn vastgestelde traject, maar vertoont wel een stijgende lijn. Ook gaan de werkzaamheid van vrouwen en oudere werknemers en het percentage jongeren dat niet werkt en geen opleiding volgt in de gewenste richting. Het verschil in werkzaamheidsgraad tussen Belgen en niet-EU-burgers is daarentegen weer toegenomen. Het aandeel jonge dertigers met een diploma hoger onderwijs volgt het vastgestelde traject, dat ambitieuzer is dan dat voor de EU als geheel. Het aandeel voortijdige schoolverlaters heeft – als er zich de komende jaren geen terugslag voordoet – in 2016 de doelstelling van 2020 bereikt. Ook die doelstelling is ambitieuzer dan het gemiddelde van de EU. Ook op het vlak van de O&O-intensiteit en het aandeel hernieuwbare energie zit België op het traject om de respectievelijke doelstellingen te halen. Dat geldt in principe ook voor de uitstoot van broeikasgassen en het primaire energieverbruik, maar in 2015 en 2016 was er wel een zekere terugslag. Het terugdringen van het risico op armoede en sociale uitsluiting verloopt moeizaam.
 
De Belgische regeringen hebben hun sterke engagement t.o.v. het bereiken van de Europa 2020-doelstellingen bevestigd. Tot de belangrijkste maatregelen die zij daartoe in 2017 genomen hebben behoren het federale Zomerakkoord met onder andere fiscale en arbeidsmarktmaatregelen, het interfederale Energiepact dat de energietransitie in goede banen moet leiden, en de omzetting van de richtlijn over de erkenning van beroepskwalificaties. Daarnaast is er vooruitgang geboekt met de fiscale verschuiving, de programma’s voor armoedebestrijding, de plannen voor strategische investeringen, gelijke kansen in het onderwijs en op de arbeidsmarkt, de digitalisering van de economie, de bevordering en financiering van innovatie, de bevordering van het ondernemerschap, de circulaire economie, de hervorming van het onderwijs en de concurrentie in onder andere de detailhandel en de telecommunicatie.